fbpx

Wat is Zijnsoriëntatie?

Door Willem Sinke, padloper aan de School voor Zijnsoriëntatie en redacteur bij tijdschrift ZIJN. Afbeelding is van Anne-Riet de Boer.

In deze blog onderzoek ik de kern van Zijnsoriëntatie. Ik beschrijf dat aan de hand van enkele citaten uit het boek ‘Zie, je bent al vrij’ van Hans Knibbe, de oprichter van Zijnsoriëntatie. Daarin schrijft hij over Zijn, over inherente vrijheid en de kunst van gelukkig zijn.

Om Zijnsoriëntatie op een toegankelijke manier uit te leggen, licht ik de tekst toe met voorbeelden en vertel, ‘met schaamrood op de kaken’, over mijn eerste ervaring op het zijnsgeoriënteerde pad.

Zijnsoriëntatie en gelukkig zijn
“Het is mogelijk om een bron van geluk aan te boren in onszelf. Die bron is niet in ‘iets’ gelegen, maar ontsluit zich als we — voorbij alle vormen — in de openheid van Zijn rusten. Behalve geluk vinden we daar ook vrijheid, sensitiviteit en schoonheid. Dit geeft ons leven diepte en waardigheid.”

Dit citaat uit de inleiding van het boek beschrijft eigenlijk al direct de essentie van Zijnsoriëntatie. De tweede zin zal ik nader toelichten, hij begint met: “Die bron is niet in ‘iets’ gelegen…”.

Ik denk dat we bijna allemaal opgroeien met het idee dat we ons geluk kunnen vinden in ‘iets’, een baan, aanzien, bezit, een relatie, een mooi huis, fijne ervaringen, entertainment, chocola:). We denken dat als we eenmaal ‘dat en dat’ bereikt of verworven hebben, we eindelijk kunnen ontspannen en gelukkig zullen zijn. Maar het zoeken van geluk in dingen, in ‘vormen’ is als een horizon die steeds verder opschuift.

Iets verder schrijft Hans:

“Omdat de Rijkdom van ons wezen niet met vergankelijke ervaringen samenvalt, zullen we altijd onbevredigd blijven en doorgaan met zoeken.” 

Dat het idee geluk te kunnen vinden in ‘vergankelijke ervaringen’ of dingen een illusie is, heb ik op een gegeven moment in mijn eigen leven ervaren. Ik had alles bereikt waar ik naar streefde: een fijne relatie, een goedlopend bedrijf, een mooi huis vlakbij zee, enz. Maar…, realiseerde ik me op een gegeven moment, wezenlijk was er niets veranderd! Ondanks alles wat ik bereikt had was ik nog net zo vaak gelukkig of ongelukkig, vrolijk of chagrijnig als daarvoor. Een gevoel van gemis, van ‘dit kan toch niet alles zijn’ bleef en dat was voor mij de aanleiding om mij op het spirituele pad te begeven.

Wat is Zijn?

De zin in het eerste citaat eindigt met als we — voorbij alle vormen — in de openheid van Zijn rusten”. Maar wat is Zijn? Het lastige van het begrip Zijn is dat het niet in woorden kan worden uitgelegd en niet op een mentale manier begrepen kan worden. Net als liefde. Een spirituele leraar kan wel instructies geven die het makkelijker maken om met Zijn in contact te komen, maar je kunt het alleen zelf herkennen en ervaren.

Zijnsoriëntatie is:
Hoe kunnen we “de rijkdom van ons wezen” vinden, hoe kunnen we de “bron van geluk vinden in de openheid van Zijn”? Met behulp van bijvoorbeeld aanwijzingen van een leraar in een begeleide meditatie, kan dit ontdekt worden.

De eerste, voorbereidende aanwijzing is dat je je gewoonlijke oriëntatie op, en het geïnvolveerd zijn met dat wat je waarneemt loslaat. Je laat ‘de vormen’, dat wat je waarneemt met je zintuigen, maar ook wat je waarneemt aan gevoelens, emoties en de alsmaar voortgaande gedachtestroom, los. Dat wil niet zeggen dat je je afsluit voor deze ‘vormen’, maar dat je ze laat voor wat ze zijn. Je bemoeit je er als het ware niet meer mee.

Behulpzaam bij het loslaten van afleiding, de maalstroom van gedachten, is mindfulness, waarbij je je aandacht bijvoorbeeld richt op je adem. Als ik dat doe merk ik meestal dat er meer rust, ontspanning en ruimte in mijn geest ontstaat. Die stilte in mezelf maakt me ontvankelijk voor de diepte van de volgende aanwijzing, de meest directe methode in meditatie (ook wel ‘the direct path’ genoemd):

Je richt je aandacht niet meer op wat je waarneemt, maar je draait je aandacht om en richt je op – dat wat het meest nabij aan ons is maar we gewoonlijk over het hoofd zien – namelijk het waarnemen zelf. Dat in jou wat waarneemt. Dus het gewaarzijn dat altijd op de achtergrond aanwezig is, wat de context is waarin alles wat je ervaart plaatsvindt, breng je nu meer op de voorgrond in je bewustzijn. Bijvoorbeeld, als je deze woorden leest, draai je je aandacht om en word je je bewust van dat in jou wat de woorden waarneemt, je bewustzijn zelf. In de woorden van Hans:

“Bewustzijn kijkt naar bewustzijn. Wanneer we dat doen merken we dat we onze conventionele werkelijkheidsbeleving verlaten. Het is alsof we een ruimte binnengaan die onbegrensd is, waar alles in kan plaatsvinden, maar die zelf in rust is. Zoals een spiegel niet verstoord raakt door reflecties. Wanneer we daar langer bijblijven, verdwijnt ons vertrouwde zelfbesef en is er vooral openheid, ontspanning en gemak. We hoeven onszelf geen houding te geven. We hoeven niet ‘iemand’ te zijn. Hoewel dit een ongewone staat is, voelt het ook meteen vertrouwd. Het is alsof je thuiskomt. De jachtige energie bedaart, we ervaren rust en warm welbevinden. Er ontstaat een gevoel van voldaanheid, dat kan uitbotten tot gelukzaligheid. Onze waarnemingen zijn scherp, kleurrijk en hebben diepte. We merken dat er een diepe, tot dan toe onopgemerkte kramp loslaat; alsof we de hele tijd een last met ons mee hebben gedragen die nu in één keer van ons afvalt. En we weten: zo ben ik bedoeld, dit is mijn natuurlijke staat. Deze open, inspanningsloze staat is de alfa en de omega van het non-duale pad. Het enige dat we nu nog hoeven te doen, is hier bij te blijven.”

Zijn is …
Ik vind het bovenstaande citaat een mooie, invoelbare beschrijving van waar Zijnsoriëntatie in de kern om gaat: je oriënteren op gewaar-zijn. Zijn is dus niet iets abstracts of zweverig. Zijn is wie je bent! Je hoeft geen lange weg af te leggen om het te bereiken. Je komt thuis in je natuurlijke aard die je direct en op ieder moment kunt ervaren als je je bewust wordt van je gewaarzijn en vervolgens rust als gewaarzijn.

Om “hier bij te blijven” is wel beoefening nodig. Want onze gewoontepatronen, onze zelfverdedigings- en hechtingsmechanismen, nemen het steeds weer over en bedekken onze vrijheid. Zoals de wolken de zon bedekken. Door beoefening van meditatie kan onze open, natuurlijke aard meer en meer door gaan schijnen in ons leven.

De specialiteit van Zijnsoriëntatie: integratie van spiritualiteit en psychologie

In deze openheid komt tegelijkertijd ook helder in beeld hoe je jezelf gewoonlijk beperkt. Je wordt je bewust van gewoontepatronen en vroeger aangeleerde aannames over jezelf en de wereld waardoor je het contact met je vrije zelf kwijtraakt. Meditatie alleen is dan ook niet voldoende. Ontwaking, verlicht zijn is alleen mogelijk als opgroeien naar psychische volwassenheid en ontwaken in spirituele realisatie samengaan (zoals ook o.a. Ken Wilber[1] en Adeline van Waning[2] beschrijven).

Het is de specialiteit van Zijnsoriëntatie om de meditatieve training van ‘rusten in Zijn’ te verbinden met psychologische begeleiding. Deze verbinding maakt integratie van de rijkdom van Zijn in het leven van alledag mogelijk.

Wat betekent Zijnsoriëntatie voor mij?

Ik heb veel geleerd van verschillende non-duale leraren en een studie psychologie. Maar de inzichten en ervaringen die ik had opgedaan bleven als het ware nog losse eindjes. Toen ik na mijn studie in aanraking kwam met Zijnsoriëntatie begon alles, zowel in spiritueel als psychologisch opzicht, op zijn plek te vallen. Daar zou ik een boek over kunnen schrijven, maar ik zal een voorbeeld geven aan de hand van één van mijn psychologische issues waar ik jarenlang mee heb geworsteld.

Op de middelbare school, in een les economie stelde de leraar mij een vraag. Omdat ik het antwoord niet wist begon ik te blozen. “Hij wordt helemaal rood!”, riep iemand in de klas terwijl hij naar mij wees. Ik zat achterin en de hele klas draaide zich naar mij om en lachte mij uit toen ze zagen dat ik zo rood aangelopen was. Ik kon wel door de grond zakken.

Angst om afgewezen te worden
Een diepe angst, met name voor groepen, had zich in mij geworteld. Vanaf dat moment probeerde ik elke situatie waarin ik zou kunnen gaan blozen, te vermijden. Ik was bang om afgewezen te worden en vooral om mijn vrienden kwijt te raken. In die tienertijd was mijn vriendengroep ‘mijn wereld’.

Ik vermeed verjaardagen, etentjes, feesten en ging uiteindelijk zelfs van school af omdat mijn angst voor gezichts-verlies te groot was. Ook toen ik volwassen werd bleef ik verlegen.

Toen ik, rond mijn 35ste, psychologie ging studeren, met als belangrijkste reden om van mijn verlegenheid af te komen, begon ik te begrijpen dat ik het zou moeten accepteren. Maar hoezeer ik dit ook probeerde, het hielp niet. Het werd alleen maar erger, ik begon er zelfs bij te zweten en dat was zo zichtbaar en ongemakkelijk! Hoe kon ik dit accepteren? Ik werd er wanhopig van.

Angst toestaan
Na mijn studie kwam ik in aanraking met Zijnsoriëntatie en ging ik sessies doen bij een zijnsgeoriënteerd begeleider. Zij liet mij zien dat ik allerlei strategieën gebruikte om van mijn angst af te komen: proberen te accepteren, vermijden, onderdrukken. Maar dat is net als een bal die je onder water duwt en de opwaartse kracht dan alleen maar toeneemt.

Zij ging er niet in mee om mij van mijn verlegenheid af te helpen. Integendeel! Ze vroeg me of ik mijn verlegenheid met alle schaamte- en angstgevoelens die daarmee gepaard gingen toe kon staan. Helemaal waar kon laten zijn.

Het was voor het eerst sinds mijn ervaring in de klas dat ik me niet meer verzette tegen mijn verlegenheid, maar er de ruimte aan kon geven, kon toelaten precies zoals het was. Dat was in het begin niet makkelijk. Maar op momenten dat ik de angst echt helemaal toe kon laten, wat bijna voelde als doodgaan, begon ik me ook present te voelen. Ik kon erbij blijven, me openen voor de totale ervaring van verlegenheid, schaamte en angst voor afwijzing. Ik kon zijn met wat is.

Shift in houding
Die shift in houding was het begin van het einde van mijn lange worsteling. Niet dat ik ineens niet meer verlegen was, maar ik vermeed het niet meer, verzette me er niet meer tegen. Want juist die vermijding, zag ik in, hield de angst in stand en versterkte het.

Dat maakte mijn leven zoveel lichter en was het begin van een ruimere, accepterende houding naar mijn hele gevoelswereld en grondstructuur van mijn psyche.

Die basisstructuur van de psyche, die vrij eenvoudig met behulp van de zijnsgeoriënteerde theorie en ervaringsmatige oefeningen te begrijpen is, heb ik later in de 3-jarige Zijnstraining nog veel beter leren kennen. Dat was soms confronterend maar ook altijd bevrijdend omdat ik door het leren herkennen en erkennen van mijn patronen en negatieve gevoelens er niet meer in gevangen zat, er niet meer door bepaald werd.

Zijnsoriëntatie is ontdekken van inherent geluk
Tegelijkertijd ontdekte ik met behulp van de meditatieve werkwijzen van Zijnsoriëntatie wie ik was, los van mijn psychologische conditioneringen. Leerde ik in contact te komen met Zijn, met mijn natuurlijke aard. En kon ik ervaren dat waar ik in mijn leven naar op zoek was: innerlijke rust, vrijheid, liefde, geluk en een gevoel van verbinding, al besloten ligt in wie ik ben. Ik hoef Zijn alleen maar te herkennen. Én hier bij te blijven. Dat is Zijns-oriëntatie.

[1] Ken Wilber is een Amerikaans schrijver en filosoof. In zijn werken tracht hij een groot aantal ideeën uit de westerse psychologie en filosofie, en uit de oosterse spiritualiteit te integreren (bron Wikipedia).

[2] Adeline van Waning heeft gewerkt als psychiater en deed een masteropleiding in Boeddhistische Studies. Ze is meditatieleraar en schreef o.a. het boek Opgroeien en Ontwaken. Een interview met haar kun je lezen in tijdschrift De Cirkel (nr. 60), dat nu tijdschrift ZIJN heet.

Blijf op de hoogte en meld je aan voor onze nieuwsbrief. Deze verschijnt 5x per jaar.